Het poten en rooien van aardappels was zwaar werk. Met de schop of de meerrijige pootstok (waarmee meerdere gaten tegelijk werden gemaakt) werden gaten gemaakt in de grond, waar de aardappels in geworpen werden. Het was langdurig zitten op je knieƫn, voorover gebogen, en dus ook zwaar voor je rug. Aardappels groeien goed in de meeste grondtypen, maar ze doen het het beste in diepe, vruchtbare aarde met een goede afwatering. Ook kleigrond kan goed dienen als bodem voor aardappels, maar dan moet deze wel van te voren worden omgewerkt.
X
Geen opmerkingen:
Een reactie posten