Zoeken in deze blog

zondag 19 januari 2025

DE TIJD VAN TOEN: DE BOERIN EN HET GEZIN 1935

Naast haar taken op de boerderij runde de boerin ook nog het huishouden en zorgde ze voor de kinderen. Alle monden moesten goed worden gevoed, dus er moest eten op tafel komen. Het meeste voedsel kwam uit eigen teelt. Vlees van de koeien en varkens of kippen. Groente en aardappelen kwamen uit eigen tuin. Op het erf stonden vaak diverse vruchtbomen, dus fruit was voldoende voorhanden. In het najaar zorgde de boerin voor een voedselvoorraad voor in de winter. Door te wecken (fruit inmaken) kon ze fruit, groente en vlees lang bewaren.

X

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

DE TIJD VAN TOEN: BIETEN HAKSELMACHINE 1957

De bieten, ook mangels genoemd, werden ingekuild. Dan werden ze gehakseld (gemangeld) om gevoerd te worden. Steeds in een hoeveelheid die ho...