Zoeken in deze blog

vrijdag 31 december 2021

MAASLANDS DIALECT

 

BOORSEMS DIALECT
4 GEZEGDEN
als je me niet geloofd, dan maak ik je wat anders wijs. - Es te miech neet geluifs, dan maak iech diech get anges wies.
ga naar bed! - Maak têch de kwoeaj één!
Ik moest, ik kon, maar ik durfde niet - Iech mösh, iech kösh, ma iech dörsh neet
Je bent te goed - Dich bes eu sjoop
160 WOORDEN
A
aardappelen - ene eerpel
Achter de brug in Boorsem - Achter de bruk in Boorsem
aftrekker (voor dweil) - ên pletsj
appelmoes - appeleprotsj
azijn - éétje
B
ballen - klitse
blootvoets - berrêvês
Boom - Baum
bord - tleur
bosbessen - waolbere
braambessen - brommele
D
dakgoot - kaangel
De borstel de börstel
de brug - de brük
de buik - de bouk
de hemel - den emel
De hooizolder in de schuur - Op den den
de kam - de kamp
de koer, terras - het gleeg
de maan - de moan
de molen - de meule
de pastoor - de pestoar
de veldwachter - de boy
de wc - êt uuske
dorst - doos
E
een achterstraatje - het backstreutje
een beetje koffie - een klats koffie
een bord om op te eten - ene tleur of teijer
een bord soep - eune tleur sop
een dode - eune dooie
Een draad om te naaien - ene vaam gare
een duimspijker - eun pennees
een fiets - eune fits
een ford (oorlog) - eu furdje of het furdje
Een gebakje - Eu patéke
een glas - eu glaas
een kaars eun - keers
een kast - eun kas
een kauw (vogel) - een dölke
een kikker - eune kwakkert
een klein kind (gestalte) - eu klei keend
Een klontje suiker - Eu klutsje sokker
een knoop - eune knoup
een koe - eun koo
een kookpot - eune ketel
een korst brood - een koors broad
een kruisbes - een kronsjel
een kuil met water, een waterplas - eun koel, aan de koelle
een liefje - eune leefste
een meisje - eu meesje
een mes - eu mets
een paadje - eu getske
een paal - eune poal
een paard - eu peerd
een pad een - krodel
een plas water - eune pool
een roostertje voor onder de vlaai, om iets laten af te koelen - een uertsje
een schaap - eu sjoop
een spijker - eune nagel
een stukje vlaai - eu stukske vlaai
een tas koffie - ênne bak koffie
een venster - een vinster
een vlinder - eune pepel
een vork - eun versjet
een wind - eune drèèt
een worm - eune wurm
eigenaardig - kêmmik
F
feest - feesj
G
Ga weg - stappet them aaf
gang - nere
Gans - Gaws
Gazon - Ploes
Gelijk heb je, maar zwijgen zul je! - Geliek höbs te, ma zwiege zuls te!
Groene kool - Greun moos
H
haas (dier) - eune aas
haren kammen - oare kumme
heb jij dat niet - hebs dich dat neet
Hek - Gaar
herfst - herfs
het dak - eut taak
het gazon - het wetsje
het gras - het graas
Het komt in orde - ’t Kòmp allemaol èn de se’kosj!
het toilet - het tuuske
hij deugt niet - ê douch néét
Hoe gaat het met je - Wiej is het met dug
hoe zeg je dit - Wij zek ste dat
Hoop - Waatjs
I
ik heb pijn in mijn buik - ieg ub pien in menne bouk
ik voel me niet goed - ieg veul meg neet tegooi
Ik zie dat niet - ieg zeen dat neet
J
Jawel - Joot
Je bent een valsspeler - Dich bes eune foettelèèr
Je hebt een mooi kleed aan - Dech hebs eu sjoan klijd aan
Je hebt rode wangen - Deg hebs roj kummekes
K
kaars - keers
kachel - Stoof
kanaal - knaal
kanaal - knaar
Kauw - Dol of dölke
kei (steentje) - ene klaw
kikker - kwakkert
Kip - Hin
Knikker - uuf
kompot - prootsj
korst - koosj
Koster heb je geen dorst - kuster up ste geine doas
L
laarsen, botten - stievellen
Ladder - Lödder
Lievenherenbeestje - meulepèèrdsje
M
Maak u weg Maak tug eu weg
merel - meelder
mes - mets
mier - oamzeik
modder - sladder
mooi - sjoan
N
naar huis - eivês
neen - neej
nooit meer - nots mé
O
olielamp - kenkée
Oog - Aug
P
plassen - pissen
portemonee - büürs
R
Regenworm - Peerlink
rode bessen - wiemere
S
schoenveter - rijstartel
schuilen - sjoulen
Sneeuw - Sneè
stal, stallen - in de stel
stekelbessen - kroonsjele
Stoep - Luif
T
thuis - heyvis
V
Vals spelen - Foetele
Veel geld - ene waatjs geld
Ver weg, verder - eel wieet, wijjer of wietter
veters - riejstarttellen
Vis - vösj
vliegen - vleegen
vlinder - eune pepel
vlooien - Dich hebs vleu
vork - vêrsjèt
W
Waar ben je mee bezig - Woa beste met bèzeg
waar is de haan - Woa is denaan
Waar zijn je kleren - Woa zeen dien kleier
Wat ben je aan het kijken - Wat bes te aan het kiekke
wat een lawaai - Wat eu laweijt
wc - ut tuske
Weggetje - Gats
wei - weij
wenkbrauwen - wéénkbreudjes
wieken (van de molen) - taipe (van de meule)
Wiel - Raad
wimper - plump
wimpers - plumpen
winter - wenter
Z
Zak van broek of jas - Een maal
zakdoek - Maalplak
zakmes - kniep
zet u op een stoel - zet dich op ene stool
ziek - krank
2 OPMERKINGEN
Het Boorsems wordt nog veel gesproken
In het Boorsems dialect wordt geen enkele 'h' uitgesproken. Zelfs de letter 'h' zèlf wordt uitgesproken als 'ên asj'.

X

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

OUDE BEROEPEN: KLOMPENMAKER 1960

X