Zoeken in deze blog

vrijdag 31 mei 2024

DE TIJD VAN TOEN: VLAAIEN 1963

Twee moeders die met hun kroost en zes vlaaien vermoedelijk van of naar een bakoven of bakhuisje lopen. Veel 'Limburgser' kan het haast niet. 

DE TIJD VAN TOEN: STRO-OOGST

Een boerin bedient een strobinder. Drie kinderen kijken toe.

DE TIJD VAN TOEN: ROGGEOOGST

Twee boerinnen zijn bezig met de oogst van rogge. De kinderen poseren op de tractor.

X


MAASTRICHT: BROUWERIJ MARRES MET BIERKAR


In Maastricht wordt al eeuwenlang bier gebrouwen. De stad telde aan het eind van de negentiende eeuw 31 stadsbrouwerijen. Eén daarvan was de bekende brouwerij Marres. In de jaren ’40 van de vorige eeuw trok men nog met een bierkar op paardenkracht door de stad. Op de foto zie je de bierkar van brouwerij Marres voor café In den Ouden Vogelstruys.

DE TIJD VAN TOEN: HOOIOOGST 1970


 

DE TIJD VAN TOEN: PAUZEREN TIJDENS HET VERSPREIDEN VAN MEST 1941



X

 

DE TIJD VAN TOEN - DE HORRORWINTER VAN '62-'63 (ARTIKEL 2012)













X

DE TIJD VAN TOEN: BOERIN TREFT VOORBEREIDINGEN VOOR HET BAKKEN VAN VLAAIEN, KNAPKOEKEN EN WITTEBRODEN (CA. 1935-1940)


MAASTRICHT - BIERBROUWERIJ MARRES - CEULEN 1920


George Marres, op de eerste rij vierde van links, met zijn vader Michael Clemens Marres, beiden in zwart kostuum, met het voltallig personeel van de brouwerij. In pak de procuratie-houder en mogelijk de hoteldirecteuren.


Interieur van het lager in de Uitbelderstraat. Met een ladder werden de grote houten lagervaten gecontroleerd. De fusten op de rails wachten op transport.


Het speciaal oud bier dat langer op vat moest blijven, werd in de kelders opgeslagen. Aan de bovenzijde van de fusten zitten de vulgaten die met stropoppen gedicht zijn. Hierdoor kon gas bij het eventueel nagasten zich niet ophopen maar vrijkomen.


Interieur in 1924 van een van de Marres cafés. Een café in de jaren twintig was doorgaans sober en functioneel van inrichting. Alles was makkelijk schoon te houden. De tafels werden met de spons afgenomen en de vloer werd met groene zeep geschrobd.




MAASTRICHT - OPENING CARNAVALSSEIZOEN OP HET VRIJTHOF 1936


Op het Vrijthof  vind Traditiegetrouw bij de opening van het carnavalsseizoen het inschieten van de Vasteloavend met het "Momuskanon" plaats. Ook in 1936 trok dit tafereel al veel bekijks.

MAASTRICHT - PIJPROKEN


Joke van de Maagdenburg, die zich de lange pijp goed laat smaken. Joke was de echtgenote van de uitbater van het bekendste café van Maastricht: "In den ouden Vogelstruys". Zij was kampioene en adviserend lid van de hier gevestigde pijpenvereniging de "Piepekopkes", die zelfs een keer de foyer van het Staargebouw afhuurde om er een internationale wedstrijd pijproken te houden. Er waren dus kennelijk zowel dames als heren lid van de club, en ze kwamen samen om van het roken van dit soort pijpen te genieten. De lange Goudse pijpen waren vervaardigd van aardewerk.

MAASTRICHT - PAASVEE


Traditioneel versierden slagers vroeger hun winkels als afsluiting van de vastentijd en als voorbereiding op Pasen. Trots poseerden zij dan met hun paasvee. Dat deed ook slagerij G. Franssen.

MAASTRICHT KERMIS 1974


De kermis in Maastricht anno 2024 staat op het Vrijthof, maar in 1974 stond ze op de Markt.


donderdag 30 mei 2024

DE TIJD VAN TOEN: AFFICHE VOOR VOGELZAAD VOOR REISDUIVEN VAN DE FIRMA SCHEPKENS UIT GEMBLOUX


Reclame voor vogelzaad van het merk Maxima Selections van de firma (Maison) Schepkens uit het Waals-Brabantse Gembloux. Aangezien er nog geen tekst op de prent staat, gaat het om een ingekleurd voorontwerp, van de hand van René Delin (1877-1961) De afgebeelde dieren zijn twee reisduiven.

X

DE TIJD VAN TOEN: RENÉ DELIN IN ZIJN ATELIER IN UKKEL


Dit is een foto van René Philippe Henri Delin aan het werk in zijn atelier in Ukkel in de jaren 1950. Rene Delin was een gevierd schilder uit het Brusselse, geboren in 1877. Zijn opleiding was klassiek, met veel aandacht voor natuurelementen. Maar Delin verwierf vooral faam met het schilderen van neerhofdieren. Hij maakte ontwerpen voor talloze affiches. Ooggetuigen vertelden dat hij in enkele seconden een krijttekening kon maken van een koe "die zo van het bord leek te kunnen weglopen". Zelf kweekte hij duiven en baardkrielen en was hij jurylid op dierententoonstellingen in binnen- en buitenland. Hij schilderde tot hij blind werd, enkele jaren voor zijn dood in 1961.

X



DE TIJD VAN TOEN: OPBINDEN VAN VLAS 1939


Een boerenfamilie bindt bundels vlas samen en plaatst ze in kapelletjes. Deze handeling noemt men slijten. De vlasplant wordt met wortel en al uit de grond getrokken om een zo lang mogelijke vezel te behouden.

X

DE TIJD VAN TOEN: PLOEGEN MET RUNDEREN 1939


Deze boer ploegt zijn veld met de hulp van drie runderen, wellicht uit noodzaak. Paarden leveren immers meer trekkracht.

X

DE TIJD VAN TOEN: STALMEST OP DE KRUIWAGEN 1939


Deze jongeman duwt een houten kruiwagen met stalmest naar het veld. Zijn moeder helpt een handje door de kruiwagen met een koord voort te trekken.

X


woensdag 29 mei 2024

DE TIJD VAN TOEN


De zorg voor het hoeden van de meestal kleine veestapel werd in het begin van vorige eeuw vaak overgelaten aan de kinderen.

X

DE TIJD VAN TOEN: BOER EN SLAGHOUT


In het najaar werd het slaghout uit de bossen per opbod verkocht. De boeren trokken dan dagenlang naar het bos om er 'schansen'of mutsaarden te maken. Het slaghout diende onder andere voor het stoken van de bakoven. Elke boer bakte immers zelf zijn brood en zijn vlaaien in zijn bakhuis. De gekochte dennen zaagde men tot weipalen voor de afsluitingen.

X

DE TIJD VAN TOEN: DE DRIEWIELKAR

Op deze foto wordt er vlas vervoerd.

 Een driewielkar is een landbouwvoertuig op drie wielen en met een kantelbaar laadvlak. Dit type boerenkar, soms ook wipkar genoemd, diende voor het vervoer van allerhande lasten op en rond de boerderij. De driewielkar werd veel gebruikt in de 19de en de eerste helft van de 20ste eeuw. De driewielkar werd getrokken door trekdieren, doorgaans een of twee trekpaardenVanwege zijn stevigheid en uitstekende wendbaarheid was de driewielkar onmisbaar op de boerderij. Voor het vervoer van lasten zoals Vlas, graan, aardappelen, stenen, zand, werktuigen, mest, zaaigoed, bieten, rapen en zelfs dieren werden ze gebruikt. Doordat de bak kon kantelen of kippen, kon de lading uitgestort worden. Soms werd de laadbak ook weggenomen om bijvoorbeeld een varkensren op het onderstel te plaatsen. De landbouwer verkreeg een beerkar door op het onderstel een beerton of beerbak te plaatsten. Sommige Vlaamse vissers gebruikten in de periode 1850-1950 een driewielkar om hun vangsten naar huis of de veilig te brengen. Het grote verschil was echter dat het voorwiel niet onder het lamoen kon draaien. Dat type van driewielkar was heel moeilijk te besturen.

X

DE TIJD VAN TOEN: HONDENKAR VOOR HET VERVOER VAN ZUIVEL


Tot aan de Tweede Wereldoorlog was de hondenkar een vaak verspreid en veel gebruikt voertuig. Elk dorp telde enkele tientallen honden en hondenkarren. De constructie verschilde van wagenmaker tot wagenmaker, maar was in essentie altijd gelijkaardig. Twee wielen waartussen een open laadbak op een as was gemonteerd. De laadbak had vaste zijwanden en eventueel losse voor- en achterwand. Vooraan waren altijd twee berries voorzien waartussen de hond werd ingespannen. Doorgaans waren ook bladveren voorzien om toch enig rijcomfort te bieden. De hondenkar was het werk van de wagenmaker en de smid voor het ijzerwerk. Bij de boeren was ze vooral voor het vervoer van allerlei lasten van en naar de boerderij. Voor het echte werk op het land kon ze ook worden gebruikt, maar dan hanteerde men eerder de kruiwagen. Met de hondenkar trok de boer naar de markt, naar de molen, naar de melkerij, naar de stad (zoals de foto illustreert). Er bestonden specifieke rassen die meer geschikt waren als trekhond, maar doorgaans was het de waakhond van de boerderij. Bij zwaardere lasten werden soms twee tot zelfs drie honden ingespannen. Ofwel gebeurde dat met een aanspanning die vergelijkbaar was met die van paarden, dus met zwengels en garelen, zij het in aangepaste maten. Vanaf de jaren 1920 golden steeds meer beperkende maatregelen ter bescherming van de hond tot uiteindelijk in 1975 het gebruik van honden als trekkracht definitief bij wet werd verboden. Maar op dat moment werd de hondenkar al lang niet meer gebruikt.

X

dinsdag 28 mei 2024

DE TIJD VAN TOEN: BOERENGEZIN MET HONDENKAR 1910

Een boerengezin met drie honden die de kar trekken. Een vierde hond rust uit in de laadbak. Moeder, vader en dochter poseren voor de foto.

Tot aan de Tweede Wereldoorlog was de hondenkar een veel verspreid en zeer veel gebruikt voertuig. Elk dorp telde enkele tientallen honden en hondenkarren. De constructie verschilde van wagenmaker tot wagenmaker, maar was in essentie altijd gelijkaardig. Twee wielen waartussen een open laadbak op een as was gemonteerd. De laadbak had vaste zijwanden en eventueel losse voor- en achterwand. Vooraan waren altijd twee berries voorzien waartussen een (of meerdere) hond(en) werd(en) ingespannen. Doorgaans waren ook bladveren voorzien om toch enig rijcomfort te bieden. 
Met de hondenkar trok de boer naar de markt, naar de molen, naar de melkerij, naar de stad (cf. foto). Bij zwaardere lasten werden soms twee tot zelfs drie honden ingespannen (cf. foto). Ofwel gebeurde dat met een aanspanning die vergelijkbaar was met die van paarden, dus met zwengels en garelen, zij het in aangepaste maten. Ofwel werden de tweede dan wel derde hond naast de lamoenen ingespannen. Vanaf de jaren 1920 golden steeds meer beperkende maatregelen ter bescherming van de hond tot uiteindelijk in 1975 het gebruik van honden als trekkracht definitief bij wet werd verboden. Maar op dat moment werd de hondenkar al lang niet meer gebruikt.

DE TIJD VAN TOEN: BAKKER EN HOND MET HANDKAR OF 'STEEKKAR' BEGIN VORIGE EEUW

Bij dit type hondenkar loopt de hond onder de kar. 

X

DE TIJD VAN TOEN: BAKKER MET HANDKAR OF 'STEEKKAR' 1924

Op deze foto is een bakker met een handkar te zien. Een deksel schermt de laadbak af. Er liggen broden in de kar. 
 De honden helpen mee trekken. 

De handkar of 'steekkar' is een tweewielkar die door één persoon voortgeduwd werd, al dan niet met de hulp van een trekhond die onder de kar liep. De handkar is voorzien van ofwel één berrie met treksteun ofwel van twee berries. De handige handkar werd veel gebruikt door kleine zelfstandige ambachtslui (bakker, timmerman, metselaar, schilder, loodgieter) die er hun materiaal mee vervoerden. Handelaars gebruikten de kar om met groenten of vis naar de markt of van huis tot huis te gaan. Landbouwers hanteerden een steviger handkar om melkbussen rond te voeren. Er bestonden diverse kartypes, al naargelang de noden van de gebruiker en de inzichten van de fabrikant, vaak de lokale wagenmaker. Door de relatief grote wielen en de veringen (bladveren) is het rijden op verharde wegen enigszins comfortabel. De as, in het midden onder de laadbak maakt dat het gewicht van de last volledig op de wielen rust zodat de kar bij het rijden gemakkelijk in evenwicht is te houden.

X





DE TIJD VAN TOEN: BOERENGEZIN KORT NA DE EERSTE WERELDOORLOG 1919


Een boerengezin poseert met een koe voor een simpel houten hutje, wellicht een noodwoning. Rondom ligt veel rommel. De oorlogsomstandigheden, de talrijke opeisingen, het gebrek aan veevoeder, de vele noodslachtingen en de moeilijke werkomstandigheden voor de veekweekbonden brachten de veestapel een zware slag toe. Het veebestand was in 1919 spectaculair gedaald ten opzichte van 1913. Recent onderzoek wees uit dat het totaal aantal paarden, varkens en runderen daalde met meer dan 50%. De rundveestapel kende een daling van ongeveer 35% terwijl het paardenbestand met 40% afnam. Vooral de varkensstapel was ernstig getroffen: in 1919 waren maar liefst 75% minder varkens in België dan voor de oorlog. Ook bij het kleinvee waren er talrijke verliezen. Het pluimvee, de geiten en de schapen verminderde drastisch in aantal. Er was bovendien niet alleen een kwantitatieve daling: het gewicht van het overblijvende vee was met de helft afgenomen. Door het verbod op slachten van kalveren en biggen bestond het veebestand hoofdzakelijk uit jonge dieren.

X

3 OOIEVAARSJONGEN GEBOREN IN STOKKEM 2024 (FOTO'S + INFO ERIC STUKKEN)



















Lize en Bér met hun gezinnetje.
De 3 jongen zijn al een tijdje geleden geboren en proberen nu al met kunstige houdingen het vliegen en evenwicht te oefenen.

X

DE FAZANT

Waar zit ik het liefst? Ik kom vaak in verschillende gebieden, maar mijn voorkeur gaat uit naar graslanden of akkers met een ruige berm. Ook...