Stan Laurel met ere-oscar in 1960.
Stan Laurel, Oliver Hardy en Dorothy Coburn in de korte film The Second 100 Years 1927.
In 1960 werd aan Stan Laurel een Ere-Oscar toegekend omdat hij meer dan 20 jaar lang zorgde voor lachende gezichten in de bioscoop. Wegens ziekte en hij lichamelijk niet meer in staat was om de verplaatsing te maken kon hij zelf niet aanwezig zijn op de uitreiking. Danny Kaye nam het beeldje in zijn plaats in ontvangst en sprak voor die gelegenheid ook een lofrede uit. Na de dood van Hardy in 1957, stopte Laurel definitief met acteren. Hij woonde Hardy’s begrafenis niet bij wegens ziekte en volgens eigen zeggen zou Hardy het wel begrijpen. Laurel werkte nadien enkel nog als producer en scriptschrijver voor andere komieken. Mensen die hem kenden beweerden dat Laurel zwaar aangeslagen was door de dood van Hardy en deze nooit geheel heeft kunnen verwerken. Komiek Jerry Lewis, vriend van Laurel, beweerde dat Laurel zo verlamd was dat hij weigerde uit te gaan. Hij woonde de laatste jaren van zijn leven in een klein appartement in het Oceana Hotel in Santa Monica. Hij bleef trouw aan zijn fans; zo sleet hij zijn dagen met het beantwoorden van brieven en telefoongesprekken. Laurel was gedurende zijn leven een kettingroker, tot hij op zijn zeventigste plotseling besloot te stoppen. Stan Laurel overleed op 74-jarige leeftijd, enkele dagen nadat hij een hartaanval had gehad. Op Laurels begrafenis hield Dick Van Dyke een toespraak. Laurel had voor zijn overlijden echter zelf zijn grafschrift laten opstellen: "If anyone at my funeral has a long face, I'll never speak to him again" (als iemand op mijn begrafenis een verdrietig gezicht heeft, praat ik nooit meer met hem). Hij ligt begraven op het Forest Memorial Park in de Hollywood Hills.
X
Geen opmerkingen:
Een reactie posten