geiten zorgden voor goedkope verse melk
Wie zich vroeger geen koe kon veroorloven, kocht een geit. Die stelde weinig eisen en zorgde toch voor verse eiwitrijke melk.
Het betreft een geitenkeuring. Die werden eens per jaar regionaal georganiseerd om het fokdoel overeind te houden. Dat doel was tamelijk eenvoudig, het was volledig gericht op de productie van melk. De rest deed er niet toe. Een rund was ook nog bruikbaar voor het vlees, bij geiten telde dat aspect totaal niet.
Koeien van de armen
Geiten werden de koeien van de armen genoemd. Dagloners die niet het geld en de ruimte hadden om een koe te houden, konden zich meestal wel een geit veroorloven. Aan een pin langs de weg vraten ze bermen kaal, thuis kregen ze groenrestjes uit de keuken en tuinafval te vreten. Zo bleven de voerkosten laag terwijl ze tegelijkertijd melk leverden. Een goede geit gaf soms wel 1.000 kilo melk per jaar. Die werd in huis gebruikt maar ook verkocht. Zo werd de voeding van de plattelandsbevolking aangevuld met goedkoop maar licht verteerbaar eiwit en minerale stoffen, aldus de landbouwgids destijds.
Hygiëne tijdens het melken
Tienduizenden gezinnen beschikten dankzij hun eigen geit of die van de buren over dagelijks 2,5 tot 5 liter melk. Die heette van prima kwaliteit te zijn, al is dat maar zeer de vraag. De hygiëne werd tijdens het melken niet altijd even goed in acht genomen. Datzelfde euvel speelde overigens bij het melken van koeien.
X
Geen opmerkingen:
Een reactie posten