Zoeken in deze blog

zondag 29 mei 2022

BOORSEM GRAVELCO - DAMHERTEN IN DE NACHT 2018


Damherten in de nacht aan de Gravelco, op de achtergrond de lichten van de autosnelweg.


Voedsel en leefwijze

Damhert dat naar appels springt

Het damhert voedt zich voornamelijk met grassenbiezen en kruiden, aangevuld met jonge bladeren, bessen (rozenbottelbraambosbes), eikelsgranenwortelen en 's winters schorshulst en heide. Aan de rand van het Teutoburgerwoud kan men ze op zomeravonden in appelboomgaarden treffen om (bijna) rijpe appels van de bomen te "stelen".

Het zijn dagdieren. In verstoorde gebieden zijn ze echter meer schemeringsdieren. Oudere mannetjes hebben de neiging vooral 's nachts te leven. Het damhert is een goede zwemmer.

Sociaal gedrag

Damherten leven in gescheiden roedels. Na de paartijd leven de volwassen mannetjes in aparte vrijgezellengroepjes, terwijl de vrouwtjes (hinden) met hun nakomelingen van dit en voorgaande jaar in groepjes van vijf tot zeven dieren leven. Een hindenroedel wordt geleid door een dominant vrouwtje. Jonge mannetjes blijven meestal bij zo'n groep tot ze twintig maanden oud zijn, waarna ze trekken naar de vrijgezellengroepjes. Op open voedselrijke gronden kunnen de roedels zich samenvoegen tot groepen van tot wel tachtig dieren. In sommige (meestal meer open) gebieden komen het gehele jaar door gemengde roedels voor. Het damhert is buiten de bronsttijd niet territoriaal, en de woongebieden overlappen vaak. Het woongebied van de mannetjes is vaak groter dan dat van de hinden.

Voortplanting en levensverwachting

De bronsttijd valt in de tweede helft van oktober en duurt tot begin november. Tijdens de aanloop naar de bronsttijd gaan de mannetjes gevechten aan voor een territorium. Meestal bestaat dit uit schijngevechten, maar echte gevechten komen voor. Er vallen echter zelden doden. Het veroverde territorium dient als strijdperk, "lek" genaamd, en ligt in ongeveer hetzelfde gebied als de voorgaande jaren. Met de hoeven krabt hij een ondiepe kuil in de grond, die hij besproeit met urine. Het territorium wordt gemarkeerd door langs de bomen te schuren. Met luide brullen lokt de hertenbok hindes. Het vrouwtje kiest het mannetje waarmee ze wil paren. Een minderheid paart met meerdere mannetjes in hetzelfde jaar, waarop de kans hoger is als het eerste mannetje oud is of als het mannetje zelf tijdens dezelfde bronsttijd vaker paarde. Dat is mogelijk te wijten aan de lagere spermakwaliteit van deze mannetjes.

Kalf

Vrouwtjes zijn na zestien maanden geslachtsrijp, mannetjes na zeven tot veertien maanden. Jonge mannetjes zullen echter weinig kans hebben om zich voort te planten, aangezien ze nog niet sterk genoeg zijn om een territorium te veroveren.

In juni en juli, na een draagtijd van 230 dagen, wordt één kalf (zelden twee) geboren. Het kalfje weegt ongeveer 4,5 kilogram en heeft eenzelfde kleurenpatroon als volwassen dieren. Damherten die op volwassen leeftijd wit zijn, worden echter met een zandkleurige vacht geboren. Het kalf zal zich meestal de eerste weken verscholen houden in de vegetatie, maar het kan zijn moeder al volgen. De zoogtijd duurt gemiddeld zo'n twaalf weken.

Het damhert kan tot circa 25 jaar oud worden. De vrouwtjes zijn geslachtsrijp tot een leeftijd van circa 23 jaar.

X

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

OUDE BEROEPEN: KLOMPENMAKER 1960

X