Bordeaux-Parijs
Landuyt noemt Vanspringel een gezellig man. Zijn bijnaam was De Slome. “Als je hem hoorde praten, op zijn lijzige manier, had je nooit verwacht dat daarachter zo’n geweldig renner schuilging. Hij was ook een volksfiguur, hij was bijzonder populair.” Maar zo zagen ze dat niet in Frankrijk. Janssens: “Tour-baas Jacques Goddet noemde Vanspringel in die tijd een onbenullige boerenzoon uit Vlaanderen.” Goddet was behalve Tour-baas ook koersdirecteur van Bordeaux-Parijs. Dat was een wedstrijd van bijna zeshonderd kilometer, die Vanspringel zeven keer won. Zijn overwinning van 1974 moest hij delen met de Fransman Régis Delépine. Janssens: “Vanspringel had al een grote voorsprong bijeen gereden. Hij reed in het spoor van de auto van koersdirecteur Goddet. Toen sloeg Goddet een verkeerde weg in en Vanspringel volgde. De auto en de renner maakten een hele omweg voor ze terug op het parcours geraakten. Delépine, die wel op het juiste parcours was gebleven, had ondertussen een grote voorsprong en bleef vooruit. Omdat Vanspringel veel meer kilometers had gemaakt en omdat de wegvergissing door de koersdirectie was gemaakt, werd hij toch nog de gedeelde winnaar met Delépine.” Vanspringel koerste in de generatie van Eddy Merckx, voor wie hij een grote bewondering had. Landuyt: “Hij heeft het altijd jammer gevonden dat Merkcx nooit Bordeaux-Parijs reed.” Vanspringel koerste ook met en tegen Roger De Vlaeminck en Walter Godefroot. “Hij zei: als je al onze palmaressen bij elkaar legt, vraag je je toch af waar al die schitterende buitenlandse renners nog voor reden.”


Geen opmerkingen:
Een reactie posten