In november werd op elke boerderij het varken geslacht. Dit leverde een heel jaar vlees op voor eigen gebruik. Een fornuispot met 120 liter water werd aan de kook gebracht. Het varken werd geslacht met een slachtmasker, dat een pin in zijn kop schoot. Het varken was niet op slag dood, maar raakte bewusteloos. De keel werd doorgesneden en het bloed werd opgevangen in een speciale platte pan. De boerin deed er iets zout bij tegen het stollen. Het varken werd schoongemaakt en met het kokende water overgoten, zodat de haren makkelijker verwijderd konden worden en vervolgens aan de hakspier opgehangen aan de ladder en opengesneden. Daar dronk men eerst een borrel bij (tegen de stank). 's Avonds kwam de buurman 'vet priezen', oftewel kijken hoe dik het spek van het varken was. Ook hier werd traditioneel een borrel bij gedronken.
In een grote teil ving je de ingewanden op. Het varken bleef een dag hangen op de ladder. Eerst werden ze gespoeld met water en daarna werden ze schoongemaakt. Eerst werden ze gespoeld met water en daarna werden ze schoon geschraapt op een plankje met een houtje. Zo krijg je de darmen helemaal schoon en kun je ze gebruiken om worst te maken. De darmen werden gevuld met incourant vlees. De darmen werden dichtgebonden met worstenpinnen (hier werden de stekels van de meidoorn voor gebruikt) en opgehangen aan het plafond. Voor de kinderen was het 'muuske' (muisje), een klein stukje vlees uit het binnenste van het varken. Dit muuske moest meteen gebakken worden en was een ware traktatie voor de kleintjes.
Al het vlees werd in kleinere stukken gesneden en gepekeld of gedroogd. Alles van het varken werd gebruikt. Van het vlees van de kop werd hoofdkaas (ook bekend als preskop) of zure zult gemaakt. De worsten en hammen werden aan het plafond te drogen gehangen. Op deze foto hangt boven de worsten een ijzeren plaat, ter bescherming tegen de muizen. Het slachten en compleet verwerken van een varken duurde een week. Een manier om vlees voor bederf te behoeden was inzouten. Het vlees werd dan in een kuip met zout gelegd. Het zout werd goed in het vlees gewreven. Zo kon je vlees vele maanden goed houden. De zoute bijsmaak kwam de smaak van het vlees niet altijd ten goede, zeker niet als het vlees lang bewaard werd. Ook gingen er veel vitamines verloren.
X